XQP1100 Generator Set Caterpillar

• De motor raakt vaak oververhit.

• Er is schuim zichtbaar.

• Olie is het koelsysteem binnengedrongen en heeft de koelvloeistof verontreinigd.

• Brandstof is het koelsysteem binnengedrongen en heeft de koelvloeistof verontreinigd.

Opm. Inspecteer de waterpomp en de thermostaat nadat het koelsysteem is afgetapt.

Aftappen

Show/hide table

Onder druk staand systeem: Hete koelvloeistof kan ernstige brandwonden veroorzaken. Om de vuldop van het koelsysteem te openen moet u de motor stoppen en wachten totdat de componenten van het koelsysteem zijn afgekoeld. Draai de drukdop van het koelsysteem langzaam los om de druk te ontlasten.

Show/hide table

Illustratie 1	g06210367

1. Stop de motor en laat hem afkoelen. Draai de vuldop van het koelsysteem langzaam los om eventueel aanwezige druk te ontlasten. Verwijder de vuldop van het koelsysteem.

2. Open de aftapkraan (1) van het koelsysteem.

   Laat de koelvloeistof weglopen.

Voor informatie over het afvoeren en recyclen van gebruikte koelvloeistof kunt u uw Caterpillar dealer of de Caterpillar Dealer Service Tools Group raadplegen:

Doorspoelen

1. Spoel het koelsysteem met schoon water door om al het vuil te verwijderen.

2. Sluit de aftapkraan (indien aanwezig). Reinig de aftapstoppen. Installeer de aftappluggen. Raadpleeg de handleiding Specificaties, SDNR3130, "Torque Specifications" voor meer informatie over de juiste aandraaimomenten.
   Show/hide table

   KENNISGEVING
   Vul het koelsysteem niet sneller dan met 19 l (5 Am. gallon) per minuut om luchtzakken te voorkomen.

3. Vul het koelsysteem met een mengsel van schoon water en Catsnelwerkende koelsysteemreiniger. Voeg 0.5 L (1 pt) reinigingsmiddel per 15 L (4 US gal) van de koelsysteemcapaciteit toe. Installeer de vuldop van het koelsysteem.

4. Start de motor en laat hem minstens 30 minuten stationair draaien. De temperatuur van de koelvloeistof moet ten minste 82 °C (180 °F) zijn.
   Show/hide table

   KENNISGEVING
   Door het onjuist of onvolledig spoelen van het koelsysteem kunnen koperen en andere metalen componenten schade oplopen. Zorg dat u het koelsysteem volledig doorspoelt met helder water om schade aan het koelsysteem te voorkomen. Blijf het systeem doorspoelen totdat alle resten van het schoonmaakmiddel volledig zijn verdwenen.

5. Stop de motor en laat hem afkoelen. Draai de vuldop van het koelsysteem langzaam los om eventueel aanwezige druk te ontlasten. Verwijder de vuldop van het koelsysteem. Open de aftapkraan (indien aanwezig) of verwijder de aftappluggen van het koelsysteem. Laat het water weglopen. Spoel het koelsysteem door met schoon water. Zorg dat u de verwarming, indien aanwezig, en bijbehorende toevoer- en retourleidingen doorspoelt. Sluit de aftapkraan (indien aanwezig). Reinig de aftapstoppen. Installeer de aftappluggen. Raadpleeg de handleiding Specificaties, SDNR3130, "Torque Specifications" voor meer informatie over de juiste aandraaimomenten.

Koelsystemen met overmatige afzetting of verstopping

Opm. De volgende procedure werkt alleen goed als enige koelvloeistof door de componenten van het koelsysteem stroomt.

1. Spoel het koelsysteem met schoon water door om al het vuil te verwijderen.

2. Sluit de aftapkraan (indien aanwezig). Reinig de aftapstoppen. Installeer de aftappluggen. Raadpleeg de handleiding Specificaties, SDNR3130, "Torque Specifications" voor meer informatie over de juiste aandraaimomenten.
   Show/hide table

   KENNISGEVING
   Vul het koelsysteem niet sneller dan met 19 l (5 Am. gallon) per minuut om luchtzakken te voorkomen.

3. Vul het koelsysteem met een mengsel van schoon water en Catsnelwerkende koelsysteemreiniger. Voeg 0.5 L (1 pt) reinigingsmiddel per 3.8 to 7.6 L (1 to 2 US gal) van de koelsysteemcapaciteit toe. Installeer de vuldop van het koelsysteem.

4. Start de motor en laat hem minstens 90 minuten stationair draaien. De temperatuur van de koelvloeistof moet ten minste 82 °C (180 °F) zijn.
   Show/hide table

   KENNISGEVING
   Door het onjuist of onvolledig spoelen van het koelsysteem kunnen koperen en andere metalen componenten schade oplopen. Zorg dat u het koelsysteem volledig doorspoelt met helder water om schade aan het koelsysteem te voorkomen. Blijf het systeem doorspoelen totdat alle resten van het schoonmaakmiddel volledig zijn verdwenen.

5. Stop de motor en laat hem afkoelen. Draai de vuldop van het koelsysteem langzaam los om eventueel aanwezige druk te ontlasten. Verwijder de vuldop van het koelsysteem. Open de aftapkraan (indien aanwezig) of verwijder de aftappluggen van het koelsysteem. Laat het water weglopen. Spoel het koelsysteem door met schoon water. Sluit de aftapkraan (indien aanwezig). Reinig de aftapstoppen. Installeer de aftappluggen. Raadpleeg de handleiding Specificaties, SDNR3130, "Torque Specifications" voor meer informatie over de juiste aandraaimomenten.

Vullen

Show/hide table

KENNISGEVING
Vul het koelsysteem niet sneller dan met 19 l (5 Am. gallon) per minuut om luchtzakken te voorkomen.

1. Vul het koelsysteem met koelvloeistof/antivries. Raadpleeg Bedienings- en onderhoudshandleiding, "Refill Capacities and Recommendations" (het gedeelte Onderhoud) voor meer informatie over koelsysteemspecificaties. Installeer de vuldop van het koelsysteem niet.

2. Start de motor en laat stationair draaien. Voer het motortoerental op tot 1500 tpm. Laat de motor gedurende één minuut met hoog stationair toerental draaien om de holten van het motorblok van lucht te ontdoen. Stop de motor.

3. Controleer het koelvloeistofpeil. Houd het koelvloeistofpeil binnen 13 mm (0.5 inch) onder de onderkant van de vulpijp. Houd het koelvloeistofpeil binnen 13 mm (0.5 inch) van het juiste niveau op het kijkglas (indien aanwezig).

4. Reinig de vuldop van het koelsysteem. Inspecteer de pakking die zich op de vuldop van het koelsysteem bevindt. Als de pakking die zich op de vuldop van het koelsysteem bevindt, is beschadigd, gooit u de vuldop weg en installeert u een nieuwe. Als de pakking van de vuldop van het koelsysteem niet is beschadigd, voert u een druktest uit. Er wordt een 9S-8140 drukpomp gebruikt om de druktekst uit te voeren. De juiste druk is op de voorkant van de vuldop van het koelsysteem gestempeld. Als de vuldop van het koelsysteem de juiste druk niet kan handhaven, installeer dan een nieuwe vuldop.

5. Start de motor. Inspecteer het koelsysteem op lekken en de juiste bedrijfstemperatuur.