Gebruik de "DIAGNOSE"-lamp of een Caterpillar elektronisch service-instrument om de diagnose-flashcode te vinden. Niet alle diagnosecodes hebben een unieke flashcode.
Opm. Flashcodes mogen alleen worden gebruikt om de aard van een diagnose aan te geven. Gebruik flashcodes niet om gedetailleerd opsporen van problemen uit te voeren.
Gebruik de volgende procedure om de diagnosecodes op te halen als de toepassing met een motor-DIAGNOSE-lamp is uitgerust:
- De "DIAGNOSE"-lamp knippert om een tweecijferige code aan te geven. De volgorde van de knippersignalen stelt het bericht van de systeemdiagnose voor. Beide cijfers van de tweecijferige code worden bepaald door het aantal knippersignalen. De lamp knippert met een snelheid van tweemaal per seconde. De lamp stopt gedurende één seconde tussen cijfers. De lamp stopt gedurende twee seconden tussen codes.
- Draai de sleutel starten/draaien naar de stand AAN. De motor hoeft niet te worden gestart om de codes te bekijken. De motor hoeft niet te draaien terwijl de schakelaar starten/draaien in de stand AAN is.
De "DIAGNOSE"-lamp knippert om de vijf seconden aan en uit.
- Wanneer de sleutel starten/draaien in de stand AAN is, wordt de werking van de lamp gecontroleerd. Als er actieve codes zijn die van code 34 verschillen, worden deze codes nu weergegeven.
Opm. De "DIAGNOSE"-lamp brandt gedurende vijf seconden. De lamp blijft branden als er een actieve diagnosecode is.
- Actieve diagnosecodes zullen altijd knipperen. Er is geen tuimelschakelaar om de lamp uit te schakelen.
Tabel 1 geeft het mogelijke effect op de motorprestaties aan met actieve flashcodes. Tabel 1 is tevens een lijst van elektronische diagnosecodes en beschrijvingen.
Mogelijk effect op prestaties van actieve diagnosecodes
Diagnose-flashcode- en motorprestatieblad van 3408E en 3412E industriemotoren | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Diagnose-flashcode | Effect op motorprestaties | Aanbevolen actie van gebruiker | |||||
Motor slaat over | Laag vermogen | Verminderd motortoerental | Motor stopzetten | Service | Service plannen | ||
13 | Brandstoftemperatuur onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | X | X | ||||
13 | Brandstoftemperatuur sluiting naar aarde | X | X | ||||
14 | Inspuitdrukregelklep onderbroken circuit | X | X | X | X | X | |
14 | Inspuitdrukregelklep sluiting naar aarde | X | X | X | X | X | |
17 | Accuspanning hoger dan normaal | (1) | X | ||||
17 | Accuspanning lager dan normaal | X | X | X | X | ||
17 | Accuspanning intermitterend | X | X | X | X | ||
21 | Analoge voeding onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | X | X | ||||
21 | Analoge voeding sluiting naar aarde | X | X | ||||
21 | Digitale voeding sluiting naar pluspool van accu | X | X | ||||
21 | Digitale voeding sluiting naar aarde | X | X | ||||
24 | Motoroliedruk onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | X | X | X(2) | |||
24 | Motoroliedruk sluiting naar aarde | X | X | X | X(2) | ||
25 | Druksignaal turbochargeruitlaat hoger dan normaal | X | X | ||||
25 | Druksignaal turbochargeruitlaat onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | X | X | ||||
25 | Druksignaal turbochargeruitlaat sluiting naar aarde | X | X | ||||
26 | Atmosferische druk onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | X | X | X | X | ||
26 | Atmosferische druk sluiting naar aarde | X | X | X | |||
27 | Motorkoelvloeistoftemperatuur onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | X | X | X | X | X | |
27 | Motorkoelvloeistoftemperatuur sluiting naar aarde | X | X | X | X | X | |
28 | Kalibratie van smoorkleppositiesensor vereist | X | X | X | |||
32 | Smoorkleppositiesignaal abnormaal | X | X | X | |||
34 | Verlies van motortoerentalsignaal | X | X(3) | X | |||
34 | Motortoerental onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | X | X | X(3) | X | ||
34 | Motortoerentalsensor verkeerd geïnstalleerd | X | X(3) | X | |||
34 | Motortoerental abnormaal | X | X(3) | X | |||
34 | Verlies van tweede motortoerentalsignaal | X | X(3) | X | |||
34 | Tweede motortoerental onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | X | X(3) | X | |||
34 | Tweede motortoerentalsignaal abnormaal | X | X(3) | X | |||
37 | Brandstofdruk onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | X | X | ||||
37 | Brandstofdruk sluiting naar aarde | X | X | ||||
37 | Motorolietemperatuur onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | (1) | X | ||||
37 | Motorolietemperatuur sluiting naar aarde | (1) | X | ||||
38 | Luchttemperatuur van inlaatspruitstuk onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | X | X | ||||
38 | Luchttemperatuur van inlaatspruitstuk sluiting naar aarde | X | X | ||||
42 | Kalibratie van atmosferische druk vereist | X | X | ||||
42 | Kalibratie van turbochargeruitlaatdruk vereist | X | X | ||||
42 | Kalibratie van inspuitmoment vereist | X | X | X | X | ||
43 | Inspuitdruk onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | X | X | ||||
53 | ECM storing | X | X | X | X | X | |
56 | Verkeerde combinatie motoridentificatiemodule | (4) | X | X | |||
56 | Programmeerbare parameters controleren | X | X | X | |||
64 | Transmissie-oliedruk onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | (5) | X | ||||
64 | Transmissie-oliedruk sluiting naar aarde | (5) | X | ||||
67 | Transmissie-olietemperatuur onderbreking/sluiting naar pluspool van accu | (1) | X | ||||
67 | Transmissie-olietemperatuur sluiting naar aarde | (1) | X | ||||
71 | Injectorcilinder 1 onderbroken circuit | X | X | X | |||
71 | Injectorcilinder 1 kortsluiting | X | X | X | |||
72 | Injectorcilinder 2 onderbroken circuit | X | X | X | |||
72 | Injectorcilinder 2 kortsluiting | X | X | X | |||
73 | Injectorcilinder 3 onderbroken circuit | X | X | X | |||
73 | Injectorcilinder 3 kortsluiting | X | X | X | |||
74 | Injectorcilinder 4 onderbroken circuit | X | X | X | |||
74 | Injectorcilinder 4 kortsluiting | X | X | X | |||
75 | Injectorcilinder 5 onderbroken circuit | X | X | X | |||
75 | Injectorcilinder 5 kortsluiting | X | X | X | |||
76 | Injectorcilinder 6 onderbroken circuit | X | X | X | |||
76 | Injectorcilinder 6 kortsluiting | X | X | X | |||
77 | Injectorcilinder 7 onderbroken circuit | X | X | X | |||
77 | Injectorcilinder 7 kortsluiting | X | X | X | |||
78 | Injectorcilinder 8 onderbroken circuit | X | X | X | |||
78 | Injectorcilinder 8 kortsluiting | X | X | X | |||
81 | Injectorcilinder 9 onderbroken circuit | X | X | X | |||
81 | Injectorcilinder 9 kortsluiting | X | X | X | |||
82 | Injectorcilinder 10 onderbroken circuit | X | X | X | |||
82 | Injectorcilinder 10 kortsluiting | X | X | X | |||
83 | Injectorcilinder 11 onderbroken circuit | X | X | X | |||
83 | Injectorcilinder 11 kortsluiting | X | X | X | |||
84 | Injectorcilinder 12 onderbroken circuit | X | X | X | |||
84 | Injectorcilinder 12 kortsluiting | X | X | X |
(1) | Geen effect op prestaties |
(2) | Motorbewaking moet geprogrammeerd worden voor correctie- of stopzetmodus voordat het vermogen en het motortoerental worden verlaagd. Motorbewaking moet geprogrammeerd zijn voor stopzetmodus voordat de motor wordt stopgezet. |
(3) | Als zowel de eerste als de tweede toerental/inspuitmomentsensor defect raken, doet zich een stopzetting voor. |
(4) | Stopzetten van de motor |
(5) | Er wordt een code in het geheugen opgeslagen. |
De ECM kan gebeurtenissen registreren. Gebeurtenissen verwijzen naar motorbedrijfstoestanden zoals te lage oliedruk of te hoge koelvloeistoftemperatuur. Tabel 2 is een referentie voor gebeurteniscodes. Geregistreerde gebeurtenissen geven gewoonlijk een mechanisch probleem aan in plaats van een probleem met het elektronische systeem.
Referentie voor gebeurteniscodes | ||
---|---|---|
Flashcodes | EID codes | Beschrijving van code |
61 | 016 | Stopzetting vanwege te hoge motorkoelvloeistoftemperatuur |
61 | 017 | Waarschuwing vanwege te hoge motorkoelvloeistoftemperatuur |
46 | 040 | Stopzetting vanwege te lage motoroliedruk |
37 | 053 | Waarschuwing vanwege te lage brandstofdruk |
62 | 058 | Stopzetting vanwege te laag motorkoelvloeistofpeil |
62 | 059 | Waarschuwing vanwege te laag motorkoelvloeistofpeil |
46 | 100 | Waarschuwing vanwege te lage motoroliedruk |
21 | 164 | Te hoge inspuitdruk |
35 | 190 | Waarschuwing vanwege motorovertoeren |
Raadpleeg een erkende Caterpillar dealer voor meer informatie en hulp bij reparaties.